De Baak Amsterdam
In de geest van de originele plannen voor de Westelijke Tuinsteden zien we groen als structureel element in het ontwerp. Het overvloedige collectieve groen en de groene wiggen waarin ook De Baak is gepositioneerd, geven de hele strook een parkachtig karakter. Onze invulling van de kavel is er op gericht de aanwezigheid van het park op deze plek te versterken en de versnippering om te zetten naar meer eenheid. Door De Baak in te bedden in het groen, zorgen we er voor dat het gebouw in het park komt te staan. Dit zorgt voor een logisch geheel dat duidelijk toont hoe bebouwing en park met elkaar samengaan in de Westelijke Tuinsteden.
Kenmerkend voor de naoorlogse wijk is het grastapijt. Het groen vouwt zich vanaf de openbare en actieve plint aan de straatzijde met veel bomen om het gebouw heen, naar een parkachtige plek met een collectieve sfeer. De verbinding tussen park en gebouw wordt versterkt door het groene tapijt deels over het dek heen te trekken. Het talud tegen het parkeerdek creëert een zachte scheiding tussen het collectieve dek en het semi-openbare park. Openingen in het dek brengen licht in de parkeerbak waardoor deze in de toekomst ook voor andere functies kan worden gebruikt. De boom die vanuit de parkeerbak door het dek heen steekt, verbindt beneden met boven en haalt het groen letterlijk het dek op.
In het grastapijt worden collectieve kamers ontworpen. Deze collectieve plekken omringd door lage hagen, vormen een entree naar het park zonder deze af te sluiten voor de gebruikers van de parkstrook. De kamers worden vooral ingevuld door een collectief programma voor bewoners van het nieuwe gebouw. Op deze manier ontstaat vanuit de bewoners een bepaalde levendigheid in het gebied en zullen bewoners zich eigenaar gaan voelen van de gastvrije locatie waar bezoekers welkom zijn en zich te gast voelen.
Amsterdam, in opdracht van Kondor Wessels Vastgoed, i.s.m. OZ, De Wijde Blik, Pieters bouwtechniek, en Arcadis.